TH-logo TH fotoTH fotoTH foto

Yvonne, prinses van Bourgondië

van Witold Gombrowicz

Een Verhaal

Een verhaal van W. Gombrowicz (1935)

Het mechanisme van het leven

(Een Poolse tennisser) speelde als kampioen met meeslepend meesterschap een wedstrijd op de tennisbanen van de Legia-club. Maar een zekere sympathieke ritmeester, verrukt door een hemelse reeks cross-ballen, kon zich niet meer inhouden – hij wilde ook laten zien wat hij kon en knalde in het bijzijn van zesduizend verzamelde toeschouwers onverwachts op de vliegende bal. De bal spatte tot mateloze verbazing van de twee spelende kampioenen uit elkaar. Plotseling van hun object beroofd, zwaaiden ze nog een tijdje met hun rackets in de leegte, maar zagen al spoedig de zinloosheid van hun bewegingen in en gingen met elkaar op de vuist.

Hieraan moet echter nog worden toegevoegd dat de ritmeester uit verstrooidheid (zoals vaak gebeurt) de toeschouwers aan de overkant niet had opgemerkt. De kogel doorboorde de bal als boter en trof een fabrieksdirecteur. De dame aan zijn zijde was daar verontwaardigd over en sloeg, omdat ze het de moordenaar betaald wilde zetten, haar rechterbuurman in het gezicht. Ze dacht dat ze dat als vrouw wel mocht, want wie zou haar wat doen? Dit bleek echter niet zo te zijn (zo moet je oppassen), want de man was een latente epilepticus, hij liet er geen gras over groeien en barstte los als een geiser.

Maar toen sprong een andere buurman in panische schrik op het hoofd van de dame die onder hem zat, en die ging er met hem vandoor, huppelde de arena in en droeg hem in galop weg. Ze hielden er echter geen rekening mee (je vergeet altijd wat) dat in de buurt een bescheiden boekhoudertje uit Lódź zat met een sterke neiging tot imitatie. Hij ging onverwijld op zijn dame zitten (die zojuist diep uit de provincie was aangekomen), deze ging er op haar beurt vandoor, omdat ze dacht dat het zo hoorde, en probeerde daarbij zich zo ongedwongen mogelijk te bewegen.

Het meer beschaafde deel van het gezelschap begon tactvol te klappen om deze tactloosheid te verdoezelen, maar ook hier kwam het tot een misverstand, want het minder beschaafde deel vatte dat op als een bewijs van goedkeuring en besteeg eveneens zijn dames, onder het motto: hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Wat kon het meer beschaafde deel van het gezelschap nu nog doen? Om niet verder op te vallen besteeg het eveneens zijn dames.

Maar toen liep een zekere meneer Malinowski, die zich plotseling een gentleman voelde, in geklede jas, bleek, maar vastbesloten, de handen in de zakken, naar het midden van het veld en vroeg koeltjes of er soms iemand was die mevrouw Malinowski wilden beledigen, en wie dan wel alstublieft? Daarna slingerde hij twee doosjes visitekaartjes met het opschrift ‘F. Malinowski’ in het publiek. Er viel een doodse stilte. En opeens reden niet minder dan zesendertig heren langzaam, stapvoets en zonder zadel op mevrouw Malinowski toe om haar te beledigen en zich een gentleman te voelen, omdat hij het toch ook deed.

(uit ‘De verhalen’, vertaald door Paul Beers, Atenaeum Polak & Van Gennep, Amsterdam, 1989)

www.toneelheverlee.be - Contact - Laatst aangepast 7/5/2021 7:05